Op 2 maart namen vijf DSG-ers deel
aan het Torenstadtoernooi in Zutphen: Fred, Robbie, Jaap, Jacob en Eric. Er
werden 8 rapidpartijen (15 minuten + 5 seconden) gespeeld. Het toernooi was
sterk bezet met enkele 2300+ spelers.
Hoe het toernooi verliep voor
Robbie, Fred en Jaap weet ik niet goed. De eindstand doet vermoeden dat ze niet
op de top van hun kunnen gespeeld hebben. Robbie deed het nog het best met een
50% score. Gezien de sterkte van het toernooi een goede prestatie.
Voor Jacob was het zijn eerste toernooi
en hij speelde enkele creatieve partijen. Leuk om te zien dat hij soms
opmerkelijk fantasierijke sterke zetten doet. Een van de stellingen zag er
(ongeveer) zo uit.
Jacob (wit) heeft zijn
tegenstandster goed in het nauw gebracht en zette voort met 1. g5!
Hij had goed
gezien dat na 1... hg5x 2. hg5x Lg5x 3. Pg5x Dg5x 4. De8 mat geeft.
De partij
ging ongeveer verder als 1... hg5x 2. hg5x b5 (of een andere betekenisloze zet)
3. g6 Tf6 4. Pf6x en zwart gaf op.
De zwartspeelster had een ELO van 1380, dus
dat begint er op te lijken, Jacob!
Start klaagzang.
Voor mij, Eric – de schrijver dezes
- was deze dag een persoonlijk drama. Too weak, too slow! Ik gaf stukken of
pionnen weg en wist een partij met kwaliteit meer niet netjes af te maken. Ik
wijt het maar aan de ouderdom, een algeheel gebrek aan schaakinzicht en te
weinig slaap. Andere storende elementen voor mijn overgevoelige natuur waren
diverse geluidsbronnen: muziek uit de bar en/of een of andere muziekbron in de
nabijheid ("boem boem boem" of "En Adam sloeg Eva met de sukerbieten
voor de kont"), vanzelfsprekend de eeuwige en overal aanwezige
airconditioning en ook de schakers zelf deden weinig moeite - wanneer hun eigen
partij klaar was – enige stilte in acht te nemen, een onuitroeibaar
verschijnsel.
Einde klaagzang.
Leuk was dat ik enkele oude
schaakvrienden ontmoette.
Tussen de 40 deelnemers stonden de
DSG-ers in de eindstand alsvolgt:
21. Robbie 4 uit 8
24. Eric 3,5 uit 8
30. Fred 3 uit 8
33. Jaap 3 uit 8
37. Jacob 2,5 uit 8